De verengelsing van onze taal, no problem?
Nu ons kantoor is vernieuwd en opnieuw ingericht, is er ook een stel woordenboeken in de tekstschrijversruimte beland. Daardoor kwam ik op de ophef die recent is ontstaan over de nieuwe Dikke van Dale, omdat daar een kleine duizend nieuwe Engelse trefwoorden in zijn opgenomen. Airfryer, bijvoorbeeld en big tech, bodyshaming, covid, fintech, influencer en streetfood.[1]
Diverse media gingen hier gretig op in: Anyway. Nice. OMG!! Why toch al dat English?[1] kopte Trouw. De Speld berichtte dat het woordenboek vanaf nu de Thicc Van Dale (sic) heet.[2] Engels in onze taal roept altijd veel emotie op. Zo is het voor veel mensen een doorn in het oog dat in het hoger onderwijs Nederlands terrein verliest doordat Engels steeds vaker de voertaal is.[3] Die ergernis heeft soms ook gewoon te maken met onwennigheid. Het woord selfie is bijvoorbeeld ooit nog eens genomineerd als meest irritante woord van het jaar, terwijl het nu volledig is ingeburgerd.[4]
Vertalingen zijn soms lachwekkend
Voor veel Engelse woorden bestaan prima Nederlandse alternatieven, maar soms komen vertalingen behoorlijk krampachtig over. In een van de laatste nummers van maandblad Onze Taal komt columnist Ronald Snijders met de heteluchtfriteuse. Dan toch maar liever airfryer. Bij de introductie van de compact disc hadden veel Vlamingen het liever over een straalplaat. Klinkt toch minstens zo bedacht als compacte schijf.
Voor het gebruik van Engels zijn soms goede argumenten
In de IT-wereld valt niet te ontkomen aan een flinke dosis Engels. Je kunt de cloud wel een wolk noemen, maar dat voelt toch raar. Er kunnen best goede redenen zijn om Engels te gebruiken. In Onze Taal zijn er al eens tien opgesomd, waaronder deze[5]:
- de afwezigheid van een Nederlands equivalent (bijvoorbeeld jazz of cookie);
- de behoefte aan afwisseling (als je niet steeds het woord schijfstation wilt gebruiken, kies je al snel voor disk drive);
- de behoefte aan precisie (security en safety kun je allebei vertalen met veiligheid, maar alleen in het eerste geval gaat het over bescherming tegen cybercrime);
- de verlevendiging van taal (denk aan ‘het geven van een boost’).
Even een zijsprong over cookies: uit een amusant stuk op taalpraat.nl blijkt dat deze term via het Nederlandse koekje in het Amerikaans terecht is gekomen. Een neerlandisme dus, dat het Engelse biscuit verdringt. Op zijn beurt is dat dan weer een woord dat oorspronkelijk weer uit het Frans komt (een gallicisme dus).[6]
Het anglicisme van vandaag kan het Nederlands van morgen zijn
Anglicismen zijn ‘leenvertalingen’ die niet als correct Nederlands worden beschouwd (maar toch weleens voorkomen). Onze Taal heeft een lijstje online staan dat een paar duidelijke voorbeelden bevat, zoals ‘niet mijn kopje thee’ en ‘huisgemaakt’. [7] Maar het oordeel over wat wel en niet correct is staat niet vast. ‘Gaan voor’ was ooit ook een anglicisme, maar is nu algemeen geaccepteerd.
Op het lijstje staan ook twijfelgevallen, waarvan je er een aantal regelmatig tegenkomt als het over IT gaat. Bijvoorbeeld in control zijn (onder controle hebben), grip (greep) en data is (data zijn).
In het verlengde hiervan: Engelse woorden worden vaak vernederlandst. Dat roept dan de vraag op hoe je ze precies moet vervoegen. Zoals het woord updaten. Het voltooid deelwoord daarvan schrijf je als geüpdatet.
Nederlands staat er goed voor
Hoeveel Engels er ook bijkomt in het woordenboek, we hoeven niet bang te zijn dat we over een paar jaar alleen nog maar Engels praten. De Taalunie doet om de twee jaar onderzoek naar de staat van het Nederlands en concludeert telkens weer dat het goed gaat met het Nederlands. In het sociale verkeer, op sociale media en op het werk.[8] Verengelsing is dus no problem.
Tot slot: bij ContentXperience gebruiken we als het even kan Nederlands. Dus een copywriter kan best een tekstschrijver worden en data zijn eigenlijk gewoon gegevens. Maar alleen als het kan. We gaan onze naam niet veranderen naar Inhoudservaring. Onze slogan Bring it on gaan we ook niet vertalen. Je kunt daar wel ‘kom maar op’ van maken (daar is niks op tegen), maar dat komt bij onze IT-klanten toch een stuk minder woordspelig over.
Je kunt voor de creatie van al je content, met de juiste boodschap en toonzetting altijd bij ons terecht. Feel free om contact op te nemen.